Lelijke beest

Zo noemden wij als 15-16 jarige het meisje dat in onze ogen nooit aan een lief zou geraken. Vandaag zat er zich zo ééntje te spiegelen in de Hoge Snelheidstrein tussen Brussel-Zuid en Amsterdam. De blik oneindig op de horizon gericht maar de focus van de ogen op zichzelf, in het spiegelende glas. Zo zag ik haar ook trouwens, aan dezelfde kant in de trein gezeten maar twee zetels verder. Ergens kon ik Aziatische trekjes ontwaren in haar lelijke gezichtje dat tegelijkertijd heel fragiele en lieftallige trekjes had. Zij was van het nonchalante type, niet onverzorgd, maar eerder wat onafgewerkt; trainingsvest, goedkope T-shirt die niet echt helemaal juist past en voor de rest enkel bezig met de blik in de spiegelende ruit.

Dit meisje zal wel aan een lief geraken, intussen weten we dat er ook andere elementen meespelen, een lekker lijf bijvoorbeeld. En dat straalde ze wel uit, die honger naar strelende handen over haar hunkerende huid; enkel nog maar de gedachte daaraan en de wat dierlijke blik van een mogelijke belager, zouden haar onderbuik in een oncontroleerbare toestand kunnen brengen, schokkend doorheen haar hele lijf. Een lelijk, heet beest dus.